Vanavond is de inspraak van inwoners en belangenorganisaties aan de orde met betrekking tot het bestemmingsplan van Soestdijk.
Dit weekend maakte vrijwel alle insprekers bekend dat zij geen behoefte meer hebben aan inspraak, omdat zij het gevoel hebben dat inspraak zinloos is en dat er onvoldoende naar hun bezwaren geluisterd wordt en dat deze onvoldoende worden meegewogen.
Ik heb veel begrip voor deze inwoners en belangenorganisaties. Het is een teleurstellende constatering dat het participatietraject in dit belangrijkste dossier van deze raadsperiode, mislukt is.
We zagen al eerder, bij het traject van de klankbordgroepen, dat betrokken inwoners zijn afgehaakt. En ook in het vervolg is het de projectontwikkelaar, de verantwoordelijk portefeuillehouder en de gemeenteraad van Baarn onvoldoende gelukt om op een goede manier met de zorgen van inwoners om te gaan. Wat helaas geresulteerd heeft in het niet meer inspreken van deze inwoners en organisaties.
In een recent artikel van Vrij Nederland slaat hoogleraar aanbestedingsrecht Elisabetta Manunza de spijker op zijn kop: “Burgers die bij bestemmingsplanprocessen zijn betrokken raken in een spagaat. Van hen wordt verwacht da zij al participerend goede ideeën aanleveren. Maar de uitkomst van die trajecten vergroot in sommige gevallen alleen maar het wantrouwen. Plannen blijken al voorgekookt, participatie is slechts een afvinksessie. Waarden die voor burgers zwaar tellen, zoals het behoud van bomen, verliezen het van de winstgevendheid.”
De gang die dan overblijft is een gang naar de Raad van State. Mijn gedachten daarover sluiten aan bij wat hoogleraar Manunza daar nog over zegt in het artikel in Vrij Nederland: “Het laatste redmiddel is de gang naar de rechter. Maar vaak blijkt dat wat de burger ervaart als corrupt, volgens de wet prima in orde is. De burger wordt bevestigd in zijn idee dat de overheid niet deugt. De kloof wordt alleen maar groter, de burger steeds bozer.”
En zo zal het ook gaan in de reactie vanuit projectontwikkelaar en het college. Er zal geschermd worden met de ruime mogelijkheid tot inspraak. Het intensieve traject van de klankbordgroepen. En dat er vanuit de zijde van het college en de projectontwikkelaar alles aan gedaan is.
Terwijl het voor inwoners soms gaat om kleine dingen. Bij wie moeten zij straks zijn als er overlast is. Hele praktische vragen, maar geen onderdeel van het bestemmingsplan proces.
En zo verliezen we onze inwoners in het traject van de participatie. Het lijkt me goed als de rekenkamer direct na de verkiezingen start met een onderzoek naar dit participatietraject om te kijken waar we ons participatiebeleid moeten verbeteren. Met de komst van de omgevingswet en het belang van participatie is dat geen onverstandig besluit lijkt mij.