De winkelstraat is in ontwikkeling

Door Mark Eijbaard op 14 december 2019

winkelstraatHet Nederlandse winkellandschap is de laatste 20 jaar flink veranderd. Vele formules zijn verdwenen, neem Scheer & Foppen, Schoenenreus en Bart Smit. De manier waarop consumenten aankopen doen verandert. De opkomst van online winkels als bol.com, Coolblue en Alibaba moet daarbij niet onderschat, maar ook niet overschat worden. Deze ontwikkeling is niet nieuw. Ook in de vorige eeuw verdwenen winkelketens uit de winkelstraat en werden bedrijfstakken opnieuw uitgevonden.

Innovatie

En zo werkt het ook in de winkelstraat. De winkels die overleven zijn in staat om te blijven innoveren en zo onderscheidend te zijn, of verkopen onderscheidenheid als product. Winkelen is daarbij steeds meer een vorm van vermaak. Een dagje uit. Al tien jaar geleden werd gesproken over een nieuw economie: de Beleveniseconomie. Het ging niet langer om het verkopen van de producten, bijvoorbeeld spijkerbroeken of een pak melk, maar om het verkopen van het totaalpakket. Goede service, goede kwaliteit op een acceptabele afstand. De ene keer is dat in de Laanstraat, de volgende keer is dat de Kalverstraat.

Webwinkels

De ondergang van winkelstraten in Nederland wordt vaak toegeschreven aan de opkomst van de webwinkels. Het gevoel leeft dat veel omzet is verdwenen naar het onlinekanaal. Als we de harde cijfers bekijken dan moeten we constateren dat slechts 9 procent van de totale omzet wordt behaald uit online verkopen (clicks). 91 procent komt nog steeds uit offline winkels (bricks). En we moeten daarbij ook constateren dat het verdienmodel van online rammelt. Tot het verzenden is het een goed businessmodel, maar de reis van het pakketje naar de klant, beter bekend als: “the last mile” maakt het hele eerdere proces verliesgevend. Nog los van alle retourstromen en de kosten die daarbij komen kijken. Het is niks voor niks dat webwinkels als Amazon en Coolblue op dit moment stenenwinkels openen om hun businessmodel te verbeteren.

Veranderd gedrag

De leegstand in de Nederlandse winkelstraat is op dit moment 8 procent. En die 8 procent is niet evenredig verdeeld over alle winkelgebieden in Nederland. Grote winkelcentra floreren als nooit tevoren. Dat geldt niet enkel alleen voor de binnensteden van Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag. Ook het winkelcentrum van Hilversum heeft een flinke impuls gehad door het opknappen van het gedateerde Hilvertshof. Consumenten zijn bereid om voor aankopen verder te reizen. Helemaal in de geest van een dagje uit. De verbetering van de bereikbaarheid van de winkelcentra in de binnensteden helpt daaraan mee. Met de nieuwe Noord-Zuidlijn ben je van Amsterdam Noord of de RAI in 10 minuten in hartje Amsterdam.

Daarmee wordt de functie van winkelcentra in kleinere dorpskernen als Baarn minder belangrijk. Ook inwoners van Baarn zijn bereid om verder te reizen. Vele inwoners woonden hiervoor al in Amsterdam of Utrecht en komen graag terug om te winkelen.
Voor de Laanstraat ligt er een andere taak als winkelgebied. Er zullen kwalitatief hoogstaande winkels moeten komen, waarbij goede service een vaste waarde moet zijn. Ondernemers moeten bereid zijn om een stap extra te doen. Het mooiste voorbeeld daarvan vind ik al jaren Wim Hoogeveen. Elke avond open, omdat hun doelgroep overdag vaak werkt. Je moet als winkelier net dat stapje extra zetten om relevant te blijven voor je klant.

Maar we moeten ook onderkennen dat de behoefte aan winkelruimte de komende jaren meer en meer zal verplaatsen naar de grote winkelgebieden in de vier grote steden of regiogemeenten als Hilversum en Amersfoort. Daar is Baarn niet uniek in, ook een gemeente als bijvoorbeeld Zeist heeft hiermee te maken.

Mark Eijbaard

Mark Eijbaard

Wie ben je? Mijn naam is Mark Eijbaard. Samen met mijn vrouw Carola en zoon Tijmen woon ik in Baarn. Sinds juni 2022 ben ik met veel plezier wethouder in ons prachtige dorp. Waar word je opgetogen van? De kleine dingen in het leven. Ik kan enorm genieten van een rondje op de fiets met

Meer over Mark Eijbaard